Ascorbinezuur – vitamine C
Ascorbinezuur (Vitamine C) is een wateroplosbaar vitamine en misschien wel het meest bekend. Al in de 18e eeuw wisten zeelieden dat door het drinken van wat citroensap scheurbuik voorkomen kon worden. Daar komt de naam ook vandaan: a=niet en scorbutus= scheurbuik. Een antischeurbuikfactor dus.
De meeste gewervelde dieren kunnen zelf ascorbinezuur maken in hun lever. Uitzonderingen daarop zijn de mens, mensapen, vleerhonden (tropen), cavia’s, beenvissen en bepaalde zangvogels. Dit komt door een defect in het gulonolacton-oxidase-gen (GULO-gen), het laatste van een reeks van 5 genen die zorgen voor de enzymen die glucose omzetten in ascorbinezuur in de lever. Genoemde diersoorten kunnen het enzym L-gulonolacton-oxidase niet maken, waardoor de laatste stap in de synthese van vitamine C niet kan plaatsvinden. Wetenschappers gaan er vanuit dat het verlies van die genetische eigenschap te maken had met een voldoende groot aanbod van vitamine C in de omgeving van die diersoorten.
Paarden, honden en katten kunnen dit dus wel. Zij kunnen op zich voldoende ascorbinezuur maken in hun lever om in hun behoeften te voorzien. In situaties van stress en/of ziekten kan het gebeuren dat de lever niet meer in die behoefte kan voorzien. Dan kan het zinvol zijn om ascorbinezuur te suppleren.
Functies vitamine C in het lichaam
- Misschien wel de bekendste functie van vitamine C is antioxidant.
- Verder is het nodig voor de synthese van collageen, de meest voorkomende bouwstof van het lichaam.
- Vitamine C is nodig bij het spiermetabolisme.
- En het versterkt de absorptie van ijzer in de darm.
- Ook bij de synthese van hormonen speelt het een belangrijke rol.
- Verder functioneert het als co-enzym in meer dan 800 verschillende biochemische reacties in het lichaam, waaronder hydroxylering.
- Last but not least is ascorbinezuur nodig in het immuunsysteem.
Bronnen
Voedingsmiddelen die rijk zijn aan vitamine C zijn van plantaardige afkomst zoals groenten, knollen en fruit. En gras, niet te vergeten! Honden eten nog wel wat groenten, katten liever niet. Dit geeft al een indicatie dat zij, wanneer ze in goede gezondheid verkeren, geen behoefte hebben aan extra vitamine C.
Deze informatie is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en vervangt niet het advies van een dierenarts.
Door de strenge Europese Claimsverordening mogen wij maar zeer beperkt informatie geven over de werking van producten.
Heb je vragen over onze producten of de toepassing ervan? Neem dan contact met ons op. Ons team van natuurgeneeskundig therapeuten en holistisch dierenarts adviseert je graag.
Referenties
Drouin, G., Godin, J. R., & Pagé, B. (2011). The genetics of vitamin C loss in vertebrates. Current genomics, 12(5), 371–378. https://doi.org/10.2174/138920211796429736
