Glucosamine en chondroïtine zijn beide populaire ingrediënten die vaak samen worden gebruikt vanwege hun potentiële voordelen voor de gezondheid van de gewrichten. Hoewel ze verschillende mechanismen hebben, kunnen ze synergetisch werken om de gewrichtsgezondheid te ondersteunen.
Glucosamine
Glucosamine werd al in 1876 ‘ontdekt’ door Georg Ledderhose. In 1939 wordt de ruimtelijke opbouw van het molecuul beschreven. Sinds 1969 wordt er onderzoek gedaan naar glucosamine(sulfaat) als geneesmiddel bij artrose. In die tijd werd het glucosaminesulfaat gehaald uit het exoskelet van kreeften en schaaldieren.
Het is dus al heel lang een bekende grondstof in het gebruik bij artrose klachten.
De echte boost kwam aan het eind van de jaren 90 van vorige eeuw, gestimuleerd door populair wetenschappelijke boeken. O.a. The arthritis cure van Jason Theodorakis.
Tegenwoordig is glucosamine een veelgebruikt ingrediënt in gewrichtsformules voor honden, katten, paarden en mensen vanwege de mogelijke voordelen voor de gezondheid van de gewrichten. Het is een natuurlijk voorkomend aminosuiker dat een cruciale rol speelt bij het behoud en de vorming van kraakbeen in gewrichten.
Glucosamine kan helpen bij het verminderen van ontsteking en pijn, het verbeteren van de mobiliteit en het bevorderen van de vorming en het behoud van gezond kraakbeen. Het kan ook bijdragen aan de productie van gewrichtsvloeistof, wat zorgt voor smering en schokabsorptie in de gewrichten.
Hoe werkt glucosamine?
Glucosamine is een natuurlijk voorkomende stof die in het lichaam wordt geproduceerd en een belangrijke rol speelt bij de vorming en het behoud van kraakbeen in de gewrichten. Het is een aminosuiker die een bouwsteen is voor de productie van glycosaminoglycanen (GAG’s) en proteoglycanen, die essentieel zijn voor de structuur en elasticiteit van kraakbeen.
Wanneer glucosamine wordt ingenomen als een supplement, wordt het opgenomen in de bloedbaan en afgeleverd aan de gewrichten. Daar wordt het gebruikt door de chondrocyten, de cellen die verantwoordelijk zijn voor de productie en het onderhoud van kraakbeen. Glucosamine stimuleert de chondrocyten om de synthese van nieuwe proteoglycanen en collageen aan te moedigen, die nodig zijn voor de opbouw en reparatie van beschadigd kraakbeen.
Bovendien heeft glucosamine ontstekingsremmende eigenschappen. Het kan helpen bij het verminderen van ontsteking in de gewrichten door de productie van bepaalde enzymen te remmen die betrokken zijn bij het ontstekingsproces.
Glucosamine kan ook een rol spelen bij het bevorderen van de productie van synoviale vloeistof, die het gewrichtssmeermiddel is dat de gewrichten smeert en helpt bij schokabsorptie.
Recent is een alternatief, een zgn. epigenetisch werkingsmechanisme voorgesteld. Bij epigenetische veranderingen verandert de functie van een gen zonder dat de code verandert.
Vergelijk het met het uitvoeren van precies hetzelfde notenschrift door verschillende muzikanten: het stuk is hetzelfde, maar de muziek is anders. Twee mensen kunnen genetisch identiek zijn, maar epigenetisch verschillend.
Glucosamine blijkt in staat de expressie van een bepaald gen in kraakbeencellen te remmen, waardoor sommige ontstekingsreacties en een serie van kraakbeenafbrekende processen wordt tegengegaan. Dus de werking van glucosamine is deels ook genetisch bepaald. Wat het logisch maakt dat de resultaten van studies toch steeds onduidelijk blijven.
Chondroïtine
Ook chondroïtine is een natuurlijk voorkomend molecuul dat een belangrijke rol speelt in de structuur en functie van kraakbeen in het lichaam. Het maakt deel uit van een groep moleculen die glycosaminoglycanen (GAG’s) worden genoemd en die deel uitmaken van de proteoglycanen in kraakbeenweefsel.
Chondroïtine bestaat uit lange ketens van herhaalde suikereenheden, waaronder N-acetyl-D-galactosamine en D-glucuronzuur. Deze ketens zijn verbonden met proteïnemoleculen, waardoor proteoglycanen worden gevormd. Deze proteoglycanen zijn belangrijk voor het behoud van de structuur, elasticiteit en hydratatie van kraakbeen.
Hoe werkt chondroitine?
De werking van chondroitine in het lichaam om de gewrichtsgezondheid te ondersteunen, omvat verschillende aspecten:
- Behoud van kraakbeenintegriteit: Chondroïtine helpt de structuur en flexibiliteit van kraakbeenweefsel te behouden. Het draagt bij aan de vorming van proteoglycanen en glycosaminoglycanen, die cruciaal zijn voor de opbouw en het behoud van gezond kraakbeen.
- Waterretentie en veerkracht: Chondroïtine heeft de capaciteit om watermoleculen aan te trekken en vast te houden. Dit zorgt voor de veerkracht en schokabsorptie van kraakbeen, waardoor het gewricht beschermd blijft tegen mechanische belasting en druk.
- Ontstekingsremmende eigenschappen: Chondroïtine kan ook ontstekingsremmende effecten hebben. Het kan helpen ontstekingsprocessen in de gewrichten te verminderen door de activiteit van bepaalde enzymen te remmen die betrokken zijn bij ontstekingsreacties.
Hoe werken glucosamine en chondroïtine samen?
Samen kunnen glucosamine en chondroïtine een synergetisch effect hebben op de gewrichtsgezondheid. Ze kunnen de productie en opbouw van kraakbeen bevorderen, ontsteking verminderen en de mobiliteit en flexibiliteit van de gewrichten verbeteren.
Het is belangrijk op te merken dat de effectiviteit van glucosamine en chondroïtine kan variëren tussen individuen. Sommige studies hebben positieve resultaten laten zien bij het gebruik van deze supplementen voor gewrichtsgezondheid, terwijl andere studies geen significant voordeel hebben aangetoond. Dat lijkt te maken te hebben met de kwaliteit van glucosamine die in de studies is gebruikt, de dosering en de verdeling over de dag. Ook de statistische analyses van diverse studies zijn niet (geheel) correct gedaan waardoor de discussie over de toegevoegde waarde van glucosamine nog steeds voortduurt.
Deze informatie is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en vervangt niet het advies van een dierenarts.
Door de strenge Europese Claimsverordening mogen wij maar zeer beperkt informatie geven over de werking van producten.
Heb je vragen over onze producten of de toepassing ervan? Neem dan contact met ons op. Ons team van natuurgeneeskundig therapeuten en holistisch dierenarts adviseert je graag.
Wil je glucosamine en chondroïtine voor je dier gebruiken?
Als je vragen hebt, helpen we je graag verder.
Referenties
Imagawa, K., de Andrés, M. C., Hashimoto, K., Pitt, D., Itoi, E., Goldring, M. B., Roach, H. I., & Oreffo, R. O. (2011). The epigenetic effect of glucosamine and a nuclear factor-kappa B (NF-kB) inhibitor on primary human chondrocytes–implications for osteoarthritis. Biochemical and biophysical research communications, 405(3), 362–367. https://doi.org/10.1016/j.bbrc.2011.01.007
McCarthy, G., O’Donovan, J., Jones, B., McAllister, H., Seed, M., & Mooney, C. (2007). Randomised double-blind, positive-controlled trial to assess the efficacy of glucosamine/chondroitin sulfate for the treatment of dogs with osteoarthritis. Veterinary journal (London, England : 1997), 174(1), 54–61. https://doi.org/10.1016/j.tvjl.2006.02.015
D’Altilio, M., Peal, A., Alvey, M., Simms, C., Curtsinger, A., Gupta, R. C., Canerdy, T. D., Goad, J. T., Bagchi, M., & Bagchi, D. (2007). Therapeutic Efficacy and Safety of Undenatured Type II Collagen Singly or in Combination with Glucosamine and Chondroitin in Arthritic Dogs. Toxicology mechanisms and methods, 17(4), 189–196. https://doi.org/10.1080/15376510600910469
Gupta, R. C., Canerdy, T. D., Lindley, J., Konemann, M., Minniear, J., Carroll, B. A., Hendrick, C., Goad, J. T., Rohde, K., Doss, R., Bagchi, M., & Bagchi, D. (2012). Comparative therapeutic efficacy and safety of type-II collagen (UC-II), glucosamine and chondroitin in arthritic dogs: pain evaluation by ground force plate. Journal of animal physiology and animal nutrition, 96(5), 770–777. https://doi.org/10.1111/j.1439-0396.2011.01166.x
Gupta, R. C., Canerdy, T. D., Skaggs, P., Stocker, A., Zyrkowski, G., Burke, R., Wegford, K., Goad, J. T., Rohde, K., Barnett, D., DeWees, W., Bagchi, M., & Bagchi, D. (2009). Therapeutic efficacy of undenatured type-II collagen (UC-II) in comparison to glucosamine and chondroitin in arthritic horses. Journal of veterinary pharmacology and therapeutics, 32(6), 577–584. https://doi.org/10.1111/j.1365-2885.2009.01079.x
Cunningham, R., Gruen, M. E., Thomson, A., & Lascelles, B. D. X. (2022). Evaluation of a nutritional supplement for the alleviation of pain associated with feline degenerative joint disease: a prospective, randomized, stratified, double-blind, placebo-controlled clinical trial. Journal of feline medicine and surgery, 24(10), 962–974. https://doi.org/10.1177/1098612X211053484
Pearson, W., & Lindinger, M. (2009). Low quality of evidence for glucosamine-based nutraceuticals in equine joint disease: review of in vivo studies. Equine veterinary journal, 41(7), 706–712. https://doi.org/10.2746/042516409×424153
Dechant, J. E., Baxter, G. M., Frisbie, D. D., Trotter, G. W., & McIlwraith, C. W. (2005). Effects of glucosamine hydrochloride and chondroitin sulphate, alone and in combination, on normal and interleukin-1 conditioned equine articular cartilage explant metabolism. Equine veterinary journal, 37(3), 227–231. https://doi.org/10.2746/0425164054530687
Leatherwood, J. L., Gehl, K. L., Coverdale, J. A., Arnold, C. E., Dabareiner, R. A., Walter, K. N., & Lamprecht, E. D. (2016). Influence of oral glucosamine supplementation in young horses challenged with intra-articular lipopolysaccharide. Journal of animal science, 94(8), 3294–3302. https://doi.org/10.2527/jas.2016-0343