Veel paardeneigenaren zijn bang voor eiwitten in het dieet van hun paard. Lange tijd werden eiwitten aangezien voor een goede energiebron, om vervolgens te worden verketterd omdat paarden er hoefbevangen van zouden worden, nierproblemen van zouden krijgen of bultjes op de huid.
Eiwitten zijn eigenlijk de bouwstenen van botten, spieren en andere weefsels en essentieel voor groei en herstelwerkzaamheden in het lichaam. Dat betekent niet dat meer altijd beter is. Bepaalde groepen paarden hebben een hogere eiwitbehoefte, zoals opgroeiende paarden, drachtige merries en paarden hoog in training. Als energiebron is eiwit niet zo geschikt. Paarden kunnen het in principe gebruiken als energie, maar koolhydraten en vet zijn hier veel efficiënter in.
Proteïne, eiwit en aminozuren
De termen proteïne, eiwit en aminozuren worden nog weleens door elkaar gebruikt. Eiwit en proteïne zijn synoniemen, hier is geen verschil tussen. Eiwit (of proteïne) is opgebouwd uit verschillende combinaties aminozuren. Eiwitten zijn ketens die gevormd worden uit verschillende combinaties van de 22 verschillende aminozuren die voorkomen in de natuur.
Als eiwit via de voeding binnenkomt, wordt in het spijsverteringsstelsel deze keten van aminozuren door verschillende enzymen en zuren afgebroken. De individuele aminozuren worden dan opgenomen door de dunne darm en in de bloedbaan via de lever. Vanaf daar worden ze gebruikt voor groei en herstel in verschillende delen van het lichaam.
Essentieel vs. niet essentieel
Dieren (en mensen) kunnen uit aminozuren weer andere aminozuren ‘bouwen’. Dit proces vindt plaats in de lever. De aminozuren die op die manier gebouwd worden, hoeven dus niet per se in de voeding voor te komen en worden daarom niet-essentieel genoemd. Met sommige aminozuren kan dit niet en die moeten dus voldoende gegeten worden, anders ontstaan tekorten. Dit zijn de essentiële aminozuren.
Functies van aminozuren in het lichaam
Eigenlijk worden aminozuren voor alle vitale functies in het paardenlichaam gebruikt. Ze zijn betrokken bij de aanmaak en afgifte van hormonen, de vorming van neurotransmitters en enzymen, het reguleren van slaappatronen, eetlust en bloeddruk, om er maar een paar te noemen. Maar hoofdzakelijk worden aminozuren gebruikt voor het vormen en herstellen van spierweefsel en andere zachte weefsels in het lichaam. Hieruit blijkt wel dat het zonder meer een slecht idee is om eiwit drastisch uit het dieet van je dier te bannen!
Te veel of te weinig eiwit zorgt voor problemen
Volwassen paarden hebben een hoge tolerantiegrens voor te weinig of slechte kwaliteit eiwit in het voer. Jonge paarden zijn hier uiteraard gevoeliger voor. Maar ook paarden die niet tot een hoge risicogroep behoren, kunnen uiteindelijk problemen krijgen.
Symptomen van te weinig eiwit in het dieet kunnen zijn:
- Vertraagde of verminderde groei bij jonge paarden
- Verminderde eetlust
- Depressie, weinig energie
- Spieratrofie, vooral van de achterhand
- Slechte groei van de hoeven
- Slechte vacht en te weinig verharen (slecht door de vacht heenkomen)
- Sommige paarden kunnen beginnen met mest eten
Bij een volwassen en verder gezond paard zie je deze klachten vaak pas als ze langdurig op een dieet van uitsluitend gras en hooi van slechte kwaliteit staan. Gelukkig verbeteren de klachten vaak snel als de voeding wordt aangepast. Jonge paarden in de groei kunnen wel in serieuze problemen komen.
Problemen bij te veel eiwit
Als er heel veel eiwit gevoerd wordt, bijvoorbeeld als energiebron, kunnen ook problemen ontstaan. We hebben het dan over ruim 3 keer de normale behoefte, wat natuurlijk zeldzaam is. Het eiwit dat niet gebruikt kan worden, wordt afgebroken en geeft een teveel aan de afbraakproducten ammonia en ureum. Deze worden uitgescheiden via de urine. Dit zorgt voor een verhoogde wateropname en vochtuitscheiding en een sterke ammoniakgeur in de stal. Dit alles betekent extra werk voor de nieren. Als deze situatie langdurig is, kan dit schade geven.
Hoeveel eiwit moet een paard hebben?
Op deze plaats kunnen we alleen algemene richtlijnen geven. Neem bij twijfel contact op met een voedingsdeskundige of dierenarts. De precieze hoeveelheid is afhankelijk van individuele factoren, zoals of een paard nog in de groei is. Heel algemeen gesteld is de eiwitbehoefte 0,60 gram verteerbaar eiwit per kilogram lichaamsgewicht. De volgende groepen hebben een verhoogde behoefte:
- Drachtige merries in het laatste trimester
- Zogende merries
- Oudere paarden
De opname van eiwit gaat drastisch achteruit naarmate een dier ouder wordt. Ruim voldoende aanvoer is dan belangrijk. - Zware sport zoals bij renpaarden, endurance, eventing
- Hengsten tijdens het dekseizoen
Eiwitbultjes
Eiwitbultjes zijn kleine, ronde bultjes op de huid van het paard. Ze lijken soms vanuit het niets op te komen en kunnen een paar dagen aanhouden. Ze kunnen over het hele lichaam of lokaal voorkomen. Bij sommige paarden jeuken ze.
Zulke bultjes zijn gemakkelijk ze te verwarren met andere oorzaken: insectenbeten, reacties op een injectie, chemicaliën, pollen in de lucht of parasieten. Dit moet allemaal worden uitgesloten. De ware eiwitbultjes zijn een reactie op een specifiek eiwit zoals uit bietenpulp, klaver of aardappel.
Na een diagnose van de dierenarts, moet het verdachte eiwit waar het paard op reageert vermeden worden. Om eiwitten volledig uit de voeding te proberen te vermijden is ronduit gevaarlijk.
Aanvullend kunnen corticosteroïden of kruiden helpen om de klachten te verminderen.
Hoefbevangenheid
Het kan niet vaak genoeg gezegd worden. Vroeger werd gedacht dat hoefbevangenheid door eiwitten werd veroorzaakt. Nu is gelukkig bekend dat dit door snelle koolhydraten en vooral fructaan komt.
Meer weten over de oorzaken van hoefbevangenheid? Lees dit artikel!
Supplementen met aminozuren
Zoals je hebt gelezen, vervullen aminozuren veel verschillende rollen. Dit kunnen we gebruiken door specifieke aminozuren in bepaalde situaties extra te voeren:
- Lysine
Lysine is voor paarden een essentieel aminozuur en komt in hoge concentraties voor in het spierweefsel. Het is belangrijk voor een goede weerstand omdat het virale infecties tegengaat. Het zorgt ervoor dat de virusdeeltjes zich niet meer kunnen voeden en vermenigvuldigen. Dit effect is het sterkste bij virussen uit de herpes-groep. Minder bekend is dat lysine ook gebruikt kan worden voor een goede concentratie.
Deze informatie is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en vervangt niet het advies van een dierenarts.
Door de strenge Europese Claimsverordening mogen wij maar zeer beperkt informatie geven over de werking van producten.
Heb je vragen over onze producten of de toepassing ervan? Neem dan contact met ons op. Ons team van natuurgeneeskundig therapeuten en holistisch dierenarts adviseert je graag.