Toen ik in januari voor het eerst bij Karel op huisbezoek kwam, trof ik een vriendelijke oude kater aan met een blik, waaruit nog volop levensvreugde straalde. Karel, van bijna 20, was dertien jaar eerder door zijn eigenaren, Hans en Anja, geadopteerd uit een asiel. Destijds was hij net geopereerd – een aanrijding had hem zijn halve onderkaak gekost, maar Karel was een vechter en overleefde de klap. Hij kwam terecht in een liefdevolle thuis en was al snel populair in de buurt, bij mensen en katten.
Toen hij een jaar of 11 was, kreeg Karel uit voorzorg een vlooienmiddel toegediend, waarna hij af en toe een soort epileptische aanvallen ontwikkelde. Hij raakte daarbij de controle over zijn achterlijf kwijt en liet zijn urine lopen. De laatste anderhalf jaar waren die aanvallen verergerd en samen met een aantal andere klachten, zoals verstopping en moeizaam lopen, vormden ze de reden dat Hans en Anja contact met me opnamen.
Ze waren kort daarvoor al met hem bij een andere homeopaat geweest, die wegens vakantie de behandeling niet op zich kon nemen, maar wel alvast homeopathische geneesmiddelen had voorgeschreven. Karel reageerde echter heel heftig op de behandeling en kreeg eerder meer, dan minder klachten.
Hoewel ik het eens was met de geneesmiddelkeus van mijn collega, was er iets niet goed gegaan. De eigenaren waren verbaasd, want zoals zoveel mensen dachten ze bij homeopathie: ‘baat het niet, dan schaadt het niet’. Maar… iedere patiënt is uniek, ook in de reactie op een homeopathische behandeling, die daarom écht maatwerk moet zijn.
Ik werk met de zogeheten LM-potenties, sterk ‘verdunde’ homeopathische middelen, die tegelijk mild én diep werken en exact kunnen worden afgestemd op de gevoeligheid en het reactievermogen van de patiënt. Het geneesmiddel wordt opgelost in alcohol en moet voor elk gebruik een bepaald aantal keren geschud worden. De toediening gebeurt in de vorm van ruikdoses, dat wil zeggen dat het dier om het middel in te nemen een seconde lang aan het geschudde flesje moet ruiken. Voor de meeste dieren is dit een ideale innamemethode – geen gepruts met pilletjes of geknoei met druppels. Via het slijmvlies van de neus – een plek waar het centrale zenuwstelsel dicht aan de oppervlakte ligt – wordt de geneesmiddelprikkel snel naar de juiste plek in de hersenen geleid.
Meestal wordt een middel drie keer geschud voor inname, maar bij Karel bleek dit te veel te zijn. Met dezelfde middelen, toegediend na één keer schudden, knapte hij zienderogen op. Binnen twee weken was het aantal aanvallen verminderd van zo’n vijf tot hooguit één per dag, en nog wat later naar een à twee per week. Ook Karels achterpoten werden sterker en hij kon weer beter lopen, zonder met z’n achterpoten te slepen.
Omdat hij last had van verstopping, kreeg Karel dagelijks een geneesmiddel dat de dierenarts had voorgeschreven. De eigenaren durfden deze behandeling niet los te laten, merkte ik, dus ik besloot dit zo te laten. Als homeopaat kun je prima complementair werken, omdat de homeopathische middelen de werking van de reguliere medicatie niet beïnvloeden, maar wel bescherming kunnen bieden tegen bijwerkingen daarvan.
In de maanden die volgden, liet Karel een beeld zien dat je vaak bij oudere dieren tegenkomt: de klachten wisselden wat – als het beter ging met de aanvallen, ging het lopen soms iets minder; knapte het lopen op, dan speelde de spijsvertering een enkele keer wat op.
Homeopathie versterkt het zelfherstellend vermogen en de levenskracht waarover elk levend wezen beschikt. Ga maar na: als je goed gezond bent, hoef je niet met elk wondje of hoestje naar de dokter – je lichaam herstelt vanzelf. Naarmate we ouder worden, neemt deze levenskracht af. Je kunt dit vergelijken met een beltegoed dat je gebruikt voor bewegen, denken, voelen, maar bijvoorbeeld ook voor wondherstel.
Een lichaam dat ouder wordt, moet zuiniger omspringen met dat ‘beltegoed’, omdat het niet meer volledig wordt aangevuld. Met andere woorden: levenskracht is eindig. Als er diverse kwalen tegelijk worden behandeld, kunnen soms niet alle geneesmiddelprikkels goed verwerkt worden, met als gevolg een wisselend ziekte-/gezondheidsbeeld.
Dit alles geldt ook voor een dierenlijf. Bij oude dieren zul je daarom vaak meer op kwaliteit van leven focussen, dan op genezing. En kwaliteit van leven kreeg Karel zeker: nog een halfjaar genoot hij van een verbeterde gezondheid en zodra de zon scheen, ging hij naar buiten voor zijn wandelingetjes.
Aan het eind van de zomer namen de epileptische aanvallen weer toe en bracht een aangepaste behandeling geen verbetering meer. De eigenaren belden me, omdat ze tot de conclusie waren gekomen dat het waarschijnlijk tijd was om Karel te laten gaan. Tijdens het consult dat volgde, bespraken we de verdere homeopathische begeleiding om Karel een rustig levenseinde te bezorgen.
Eind augustus was het dan zo ver: ‘s middags zou de euthanasie plaatsvinden. Die dag wilde Karel, die tot dan toe nog steeds een goede eetlust had, ineens niet meer eten. Hij zocht een plekje buiten, in de zon en liet zich vertroetelen door Anja – het was goed zo. In de namiddag gingen Hans en Anja met hem naar de dierenarts, waar Karel rustig insliep.
Daarna werd hij thuis mooi opgebaard in de woonkamer, waar de andere katten van het huishouden, maar ook familie en buren afscheid van hem namen. De volgende dag werd Karel door de eigenaren begraven in de tuin, op een plekje in de zon, waar hij graag kwam.
Een lang kattenleven had een zacht en waardig einde gekregen.
Erica Weeda, klassiek homeopaat voor dieren
www.praktijk-elysia.nl
Deze informatie is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en vervangt niet het advies van een dierenarts.
Door de strenge Europese Claimsverordening mogen wij maar zeer beperkt informatie geven over de werking van producten.
Heb je vragen over onze producten of de toepassing ervan? Neem dan contact met ons op. Ons team van natuurgeneeskundig therapeuten en holistisch dierenarts adviseert je graag.